Oplossing status:
Goedgekeurd door Inspectie SZW
Gehoorschade kan het beste worden voorkomen door de bron van het geluid weg te nemen of de productie van hoge geluidsniveaus te voorkomen. Machines en apparaten die veel geluid produceren worden bij voorkeur in andere ruimtes geplaatst of worden geïsoleerd. Bij de aanschaf van nieuwe machines en apparaten wordt de geluidsproductie beoordeeld en vindt de selectie mede op basis van deze gegevens plaats.
Maatregelen moeten worden genomen als de dagelijkse blootstelling (8 uur per dag) hoger is dan 80 dB(A) of als de piekgeluidsdruk hoger is dan 135 dB(C). Bij elke 3 dB(A) verdubbelt het geluid. Dus als bij een geluidsbelasting van 80 dB(A) 8 uur gewerkt wordt, betekent dit dat bij 83 dB(A) dezelfde belasting in slechts vier uur plaats vindt. Bij 86 dB(A) zou dat weer een verdubbeling geven en vindt dezelfde belasting in 2 uur plaats.
Geluidsniveau in dB(A)
Maximale blootstelling per dag, zonder PBM
80
8 uur
83
4 uur
86
2 uur
89
1 uur
92
30 minuten
95
15 minuten
98
7,5 minuten
101
3,75 minuten
Door de hoeveelheid aan bewerkingen en machines in glashallen is het wegnemen van het geluid niet altijd mogelijk. Om schade door te hoge geluidniveaus te voorkomen zijn de volgende oplossingen mogelijk:
Voorschriften organisatorisch / inrichting arbeidsplaatsen:
1. Meet de geluidniveaus
Beoordeel de geluidniveaus waaraan werknemers worden blootgesteld in de glashal. Breng in kaart in welke zones te hoge geluidniveaus optreden. Voer nieuwe metingen uit na het treffen van maatregelen. Bij het bepalen van het geluid is de afstand tot aan de bron in grote mate bepalend. Een verdubbeling van de afstand tot aan de geluidsbron betekent over het algemeen een afname van 6dB(A). Geluidsmetingen dienen te worden uitgevoerd conform de NEN 3418 of de NEN-EN-ISO 9612:2009. Metingen worden bij voorkeur uitgevoerd door een deskundige.
2. Neem technische of organisatorische maatregelen bij een dagdosis van meer dan 85 d(B)A aan geluid Op locaties waarbij de dag dosis geluid meer dan 85 d(B)A is, moeten technische of organisatorische maatregelen worden genomen om de geluidsbelasting op de werkplek te reduceren.
Soms is het mogelijk machines of delen van machines die te veel geluid maken te isoleren. Overleg met de leverancier over de isolatiemogelijkheden.
Plaats, indien mogelijk, wanden of afscheidingen om machines die teveel geluid produceren. Dit voorkomt niet dat de medewerker aan de machine minder last heeft van het geluid, maar wel dat de omgeving minder last heeft van het geluid.
Vervang machines waarvan de geluidsproductie niet terug te brengen is tot 85 d(B)A of lager, wanneer de economische levensduur is verstreken.
Onderhoud machines periodiek. Goed onderhouden machines produceren over het algemeen minder geluid dan slecht onderhouden machines.
Wanneer de dagdosis van de werknemer door lawaaibestrijding aan de bron niet tot beneden 85 dB(A) (piekniveau 140 Pa of 137 dB(C)) kan worden teruggebracht, beperkt de werkgever de geluidsoverdracht naar de arbeidsplaats met gebruikmaking van de algemeen gangbare voorzieningen voor lawaaibestrijding zodanig dat de dagdosis van de betrokken werknemers zoveel mogelijk tot beneden 85 dB(A) (piekniveau 140 Pa of 137 dB(C)) wordt gereduceerd.
3. Breng signalering aan op locaties waar teveel geluid wordt geproduceerd
Plaats gebodspictogrammen voor het gebruik van gehoorbescherming op locaties, machines en apparaten waar meer dan 85 d(B)A aan geluid wordt geproduceerd. Hiervoor zijn waarschuwings- en gebodspictogrammen in de handel verkrijgbaar, die bij de werkplekken of bij de ingang van de werkruimtes aangebracht kunnen worden. De pictogrammen moeten goed zichtbaar zijn. De afbakening van de gehoorbeschermingszone bestaat tenminste uit waarschuwings-en gebodspictogrammen en kan daarnaast middels geel/zwarte band op de vloer of muur worden aangeduid.
4. Stel goede gehoorbescherming ter beschikking en houdt toezicht op het gebruik Stel goede gehoorbescherming beschikbaar. Wettelijk gezien bent u verplicht gehoorbescherming beschikbaar te stellen als de dagelijkse blootstelling (8 uur per dag) hoger is dan 80 dB(A) of als de piekgeluidsdruk hoger is dan 135 dB(C). Gehoorbescherming moet uiteraard het geluid dempen, maar ook comfortabel zijn. Over het algemeen genieten otoplastieken vanwege het draagcomfort, de betere communicatiemogelijkheden en de pasvorm de voorkeur. Overleg met uw medewerkers over de gewenste gehoorbescherming. Let op, de demping van gehoorbescherming is beperkt:
Pluggen: demping 10 - 15 d(B)A
Gehoorkappen: demping 15 - 30 d(B)A
Otoplastieken: demping 15 - 25 d(B)A
Afstemming van gehoorbeschermers op de ergonomische eisen en de vereisten met betrekking tot de gezondheid van de werknemer gebeurt door rekening te houden met de volgende zaken:
het draagcomfort van de gehoorbeschermers;
de persoonlijke voorkeur van de werknemers voor een bepaald type gehoorbeschermers;
medische aspecten die een beletsel kunnen vormen voor het gebruik van bepaalde typen gehoorbeschermers.
Werknemers zijn verplicht gehoorbescherming te dragen bij een dagdosis van 85d(B)A. Houd als werkgever toezicht op het gebruik van gehoorbescherming.
5. Geef voorlichting, opleiding en instructie over de risico's van te veel en te hard geluid Medewerkers moeten worden voorgelicht over de risico's waaraan ze worden blootgesteld. Geef regelmatig voorlichting over de risico's van geluid op de werkplek en de te nemen maatregelen.
6. Audiometrisch onderzoek Als uit de RI&E blijkt dat dat er gezondheidsrisico's zijn bij een dagelijkse blootstelling van meer dan 80 dB(A) of een piekgeluidsdruk hoger dan 135 dB(C), worden uw medewerkers in de gelegenheid gesteld een audiometrisch onderzoek te ondergaan. Iedere werknemer waarbij de dagelijkse blootstelling aan lawaai hoger is dan 85 dB(A) of de piekgeluidsdruk hoger is dan 137 dB(C) wordt in de gelegenheid gesteld om periodiek een arbeidsgezondheidskundig onderzoek in de vorm van een audiometrisch onderzoek te ondergaan. De onderzoeken zijn voor de medewerkers op vrijwillige basis. Neem het audiometrisch onderzoek bijvoorbeeld op in het PMO voor de medewerkers.
Voorschriften individueel:
1. Voorkom blootstelling aan teveel geluid Schadelijk geluid is een sluipend gevaar. Vaak wordt pas na jaren opgemerkt dat gehoorschade heeft plaatsvonden. Een keertje teveel geluid is geen probleem, maar jarenlang teveel lawaai betekent schade aan het gehoor. Beschadigd gehoor kan nooit meer hersteld worden. De beste manier om gehoorschade te voorkomen is blootstelling voorkomen. Zet bijvoorbeeld de radio eens wat zachter en gooi het glas niet in de bak, maar loop naar de bak toe en leg het er in.
2. Draag de beschikbaar gestelde gehoorbescherming op de voorgeschreven locaties Blootstelling aan teveel geluid is niet altijd te voorkomen. In situaties waarin uw dagelijkse blootstelling meer is dan 85 dB(A) of er sprake is van een piekbelasting van 137 dB(C), bent u verplicht gehoorbescherming te dragen. Draag in ieder geval altijd gehoorbescherming bij boren, slijpen, zagen en het storten van glas, ook al is de blootstelling van korte duur.
Wet- en regelgeving:
Arbowet, Arbobesluit, Normen Arbowet
Artikel 3: Arbobeleid Artikel 5: Inventarisatie en evaluatie van risico's Artikel 8: Voorlichting en onderricht Artikel 11: Algemene verplichtingen van de werknemers
Arbobesluit
Hoofdstuk 3: Inrichting arbeidsplaatsen Hoofdstuk 6: Fysische factoren Artikel 6.6. Definities Artikel 6.7. Nadere voorschriften risico- inventarisatie en -evaluatie, beoordelen en meten Artikel 6.8. Maatregelen ter voorkoming of beperking van de blootstelling Artikel 6.9. Weekgemiddelde Artikel 6.10. Audiometrisch onderzoek Artikel 6.11. Maatregelen bij gehoorbeschadiging Artikel 6.12. Voorlichting en onderricht Hoofdstuk 8: Persoonlijke beschermingsmiddelen en veiligheids- en gezondheidssignalering
Normen
NEN 3438 Ergonomie - Het beoordelen van geluid op de arbeidsplaats NEN-EN-ISO 9612:2009 Akoestiek - Bepaling van de blootstelling aan geluid op de werkplek - Praktijkmethode