Glasbokken en stellingen moeten voor elk gebruik door de medewerker visueel worden geinspecteerd op beschadigingen en vervormingen. Deze visuele inspectie hoeft niet te worden gedocumenteerd. De globale inspectiepunten moeten bekend zijn bij de medewerker.
Glasbokken kunnen met behulp van palletwagens, heftrucks en kranen worden verplaatst. Hoewel hijsen met een glasbok veelal mogelijk is, is een bok over het algemeen geen hijsmiddel. Een glasbok is een arbeidsmiddel dat mede de last vormt, vergelijkbaar met een container, pallet of bigbag.
Dergelijke arbeidsmiddelen moeten worden gekeurd als de omstandigheden tot verslechtering of vervorming van het materiaal kunnen leiden, waardoor gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Hierbij moet worden gedacht aan ongevallen, beschadigingen van en reparaties aan de wezenlijke constructie. Bij glasbokken waarmee incidenteel wordt gehesen is sprake van dergelijke omstandigheden.
Het keuringsregime van glasbokken waar incidenteel mee wordt gehesen, voldoet aan de volgende vereisten:
- Glasbokken worden minimaal 1 keer per 4 jaar gekeurd.
- De keuring is aantoonbaar middels een rapportage van de keuring en een goedkeuringsetiket op de glasbok, waarop de uiterste eerstvolgende keuring vermeld is. Het goedkeuringsetiket dient te kunnen worden gekoppeld aan de deskundige natuurlijke persoon of rechtspersoon die de inspectie heeft uitgevoerd.
- Er vindt tussentijdse keuring en/of beproeving plaats wanneer zich uitzonderlijke situaties hebben voorgedaan die gevolgen kunnen hebben voor de veiligheid van het arbeidsmiddel. Denk hierbij aan ongevallen, beschadigingen van en reparaties aan de wezenlijke constructie.

Glasbok waarmee incidenteel wordt gehesen
Glasbokken die sec worden ingezet als hijsmiddelen, bijvoorbeeld glasbokken die vrijwel continu aan de bovenloopkraan hangen om glas te transporten, worden gedefinieerd als hijsmiddelen. Voor deze glasbokken geldt hetzelfde keuringsregime als die voor hijsgereedschappen, de grief of vacuümhefapparatuur. Deze glasbokken moeten minimaal 1 keer per jaar worden gekeurd.
Voor overige opslagmiddelen, zoals opslagbokken waarmee niet kan worden gehesen, stellingen, rekken e.d. geldt dat keuring plaats moet vinden als omstandigheden daar aanleiding voor geven. Denk hierbij aan bijvoorbeeld ongevallen en beschadigingen van en reparaties aan de wezenlijke constructie.